Vlaamse Wiskunde-opleidingen van hoge kwaliteit
- editie
- 2014 online
- categorie
- alfawetenschappen
Een commissie van internationale experts heeft de onderwijskwaliteit van de Vlaamse opleidingen Wiskunde onderzocht aan de hand van een nieuw evaluatiesysteem. De conclusie was positief: de Vlaamse Wiskunde-opleidingen zijn van hoge kwaliteit.
In het onderzoek werden de ‘Bachelor of Science in de Wiskunde’ en de ‘Master of Science in de Wiskunde’ geëvalueerd. De visitatiecommissie — bestaande uit enkele internationale experts uit de wiskunde-wereld — bezochten de Vlaamse universiteiten (UA, UGent, UHasselt, VUB en de KU Leuven). Zij kwamen tot de conclusie dat de opleiding Wiskunde aan de Vlaamse universiteiten meer dan gedegen is. “Zowel het onderwijsmateriaal als de masterproeven zijn van hoge kwaliteit”, verduidelijkt commissievoorzitter prof. Tijdeman van de Universiteit van Leiden. “Tijdens verschillende gesprekken met de studenten bleek dat zij zeer positief zijn over de betrokkenheid en toegankelijkheid van hun docenten. Verder waren ze lovend over het analyserende en synthetiserende vermogen dat hun studie hen heeft opgeleverd”, aldus Tijdeman.
Pijnpunten
Een perfect rapport kunnen de universiteiten echter niet voorleggen. Een punt van kritiek was o.a. het te theoretisch karakter van de studie. De commissie pleit voor een betere samenwerking tussen de theoretische opleiding — die de opleiding Wiskunde is — en de opleiding Burgerlijk Ingenieur — dat praktijkgerichter te werk gaat — zodat de studenten meer professionele mogelijkheden hebben.
Een ander aandachtspunt was de omgang met taal. De universiteiten moeten het gebruik van het Engels nog verder bevorderen zodat de Vlaams afgestudeerden op de internationale markt hun mannetje kunnen staan. Enkel de KU Leuven biedt momenteel een volledig Engelstalige master aan (die voorlopig jaarlijks maar door een tweetal studenten gevolgd wordt). De andere universiteiten zouden er werk van maken door Engelstalige seminaries te organiseren en Engelstalige masterproeven aan te moedigen. De commissie adviseerde ook om de lerarenopleiding volledig in de bachelor-masterstructuur te integreren zodat het voor de studenten aantrekkelijker wordt om leraar in het secundair onderwijs te worden; nu kan dit slechts gedeeltelijk.
UGent
In vergelijking met de andere universiteiten valt op dat de bachelor-opleiding aan de UGent een programma aanbiedt dat sterk gerelateerd wordt met natuurkunde. Een programma dat — volgens de commissie — soms te ambitieuze leerresultaten voorstelt die eerder toepasselijk zijn voor een master-opleiding. Verder vermeldt het rapport dat de UGent meer aandacht mag besteden aan de communicatieve vaardigheden van zijn studenten en hun studiebegeleiding.
Het grootste pijnpunt van de Wiskunde-opleidingen in Vlaanderen is het gering aantal studenten dat ze volgt. Aan de UGent schrijven er zich gemiddeld vijftig studenten in voor de bachelor en zevenentwintig voor de master. Ruim 55% van de instroom haalt zijn bachelordiploma niet of doet er langer dan vijf jaar over. In de andere universiteiten situeert het aantal bachelorstudenten zich rond de tien à twintig en het aantal masterstudenten rond de vijf à tien studenten, met uitzondering van de KU Leuven waar er zich vijfenveertig studenten inschrijven in de bachelor en een twintigtal de master aanvat. Daar er een beperkt aantal studenten de opleidingen volgen, worden ze wel uitstekend omkaderd door docenten en onderzoekend personeel.
Nieuw evaluatiesysteem
De visitatiecommissie handhaafde een nieuw evaluatiesysteem. Dit systeem bestaat erin dat de opleidingen zelf de mogelijkheid krijgen hun eigen verhaal en profilering te definiëren. De evaluatie richtte zich — meer dan voorheen — rechtstreeks op vragen zoals: ‘Wat beoogt de opleiding?’, ‘Hoe realiseert de opleiding dat?’, ‘Worden die doelstellingen wel bereikt?’. Eind dit jaar worden de opleidingen Bio-ingenieurswetenschappen door dit evaluatiesysteem onder de loep genomen.