
Brief van een millenniumstudent
Beste medestudent,
De millenniumgeneratie. Het woord is gevallen. Ik weet het. Ik weet het. Er is de afgelopen weken al heel wat afgeschreven over de nieuwe generatie twintigers. De millennial. Generatie Y. Namen te over. Wat zou ik daar nog aan kunnen toevoegen? Al het belangrijkste is toch al gezegd? Wel neen. Wat mij opviel in de berichtgeving is dat het voortdurend ging over de twintiger. Op vrijwel geen enkel moment werd een leeftijdsgenoot zelf aan het woord gelaten. Het zou nochtans niet moeilijk moeten zijn om zo iemand te vinden. Gewoon. Een jongere zoals iedereen. Blank. Middenklasse. Gegoed. Studeert iets creatiefs. Ultrasociaal. Erasmuservaring. Elk jaar op vakantie. Die stem werd jammerlijk over het hoofd gezien. Daardoor werd een eerder eenzijdig beeld geschapen van de twintiger van vandaag. Dat is jammer en dat zou ik vandaag willen rechtzetten. Hoe zal ik dat doen? Niet door het te hebben over een grote ideologie, een ‘isme’ of iets anders waar een breder denkkader voor nodig is. Neen. Ik zal het hebben over iets dicht in mijn omgeving. Doodgewoon. Over mijzelf.
Een selfie van een generatie.
Een eerste grote misvatting die heerst over onze generatie is dat we te hard zouden willen werken. Dat velen onder ons nog steeds de eersten van hun familie zijn die naar de universiteit gaan. Ook blanken. Zeker zij die uit West-Vlaanderen komen. Dat zoiets hun ouders veel geld kost. Dat het er hen van kindsaf aan werd ingepeperd dat een diploma dient om een degelijke job mee te vinden. Dat we zodoende van onze vader de keuze hadden tussen rechten of economie. Dat beeld is helemaal verkeerd. Ikzelf bijvoorbeeld studeer architectuur. Daarvoor heb ik twee jaar taal- en letterkunde gedaan. Ik ben een van die jongeren die op zijn 24ste nog steeds aan het studeren is. Vooral om belangrijke keuzes als ‘wat wil ik later doen?’ nog even uit te kunnen stellen. Eerst nog wat genieten van mijn zorgeloze studentenleventje. #YOLO. Het is eigenlijk een schande dat dergelijke stem niet eerder aan bod is gekomen in kwaliteitskranten als De Morgen.
Ook als we afgestudeerd zijn, zouden we de verkeerde verwachting hebben over onze job. We zouden namelijk maar al te goed beseffen dat we van de schoolbanken terechtkomen in een economische laagconjunctuur. Dat we er niet vanzelf zullen geraken. Fout. Meer dan mijn ouders verwacht ik een goede balans tussen werk en privéleven. Voor mij is het belangrijk dat ik mij thuis voel op mijn werk. Dat betekent niet te veel stress, zelf kunnen kiezen wanneer mijn werkdag begint en eindigt en of ik vandaag op kantoor wil werken of vanuit die hippe koffiebar om de hoek. Elke economische statistiek toont aan dat universitairen broodnodig zijn voor economische groei. Wat blijkt? Een vriendin van mij die sociologie heeft gestudeerd, vond na lang zoeken een job op bachelorniveau die niets met haar vooropleiding te maken heeft. Ongelooflijk. Mogen wij ook een beetje ambitie hebben, ja?
We zijn als generatie bovendien internationaler dan ooit. Een paar weken geleden zat ik hier in Parijs Thais te eten met drie studiegenoten. Plots sloegen onze smartphones gelijktijdig op hol. De ene nieuwsalert na de andere kwam binnen, en ze zeiden allemaal hetzelfde: IS heeft de Brit Alan Henning onthoofd. Paniek aan tafel, weg sfeer. Wat later open ik Facebook. Op mijn tijdlijn het ene beeld van de geknielde oranje man na het andere. We leven in tijden van angst, er is geen ontkomen aan.
Enfin.
Ik hoop dat het beeld wat is bijgesteld.
Groetjes,
Een twintiger