Chicks for money and nothing for free
Noem ze gerust echte venten, de jongens van het populaire theaterstuk ‘Chicks for money and nothing for free’. Gilles De Schryver, Arend Pinoy, Oliver Roels, Robrecht Vanden Thoren en Hendrik Van Doorn drinken Cara op het podium en zijn duidelijk fan van Dire Straits. What’s not to like?
We spreken de vijf acteurs net nadat ze hun nieuwste stuk ‘We Might As Well Fail’ hebben gespeeld voor een schoolpubliek. Nahijgend en gretig slurpend van een biologische iced tea onderwerpen ze zich met veel beweging, net als op de planken, aan ons vragenvuur.
Marginaal doen op het podium
Hoe is de samenwerking voor ‘Chicks for money and nothing for free’ ontstaan?
Vanden Thoren: “Wij maken deel uit van ‘Het Kip’, dat is het resultaat van een fusie tussen twee gezelschappen, enerzijds ‘Het Geit’ en anderzijds ‘Ceremonia’. Hendrik is een overblijfsel van Ceremonia …”
Van Doorn: “Ik ben inderdaad een fossiel van Ceremonia, ja.” (lacht)
Vanden Thoren:“… en Het Geit bestond uit regisseur Yahya Terryn, Oliver Roels, Gilles De Schryver en mezelf. Na die fusie lagen er plannen op tafel om met deze ploeg een bewegingsvoorstelling te maken waarin er liefst niet of zo weinig mogelijk gesproken werd. Zo is, in samenwerking met de Kopergietery, ‘Chicks for money and nothing for free’ gemaakt voor een jongerenpubliek.”
Roels: “Het belangrijkste uitgangspunt voor mij was dat we voor een laatste keer allemaal samen zestien jaar konden zijn. Marginaal doen in de kleedkamers van uw voetbalploegske en zo.”
“We vertrekken vanuit beweging en praten pas wanneer we letterlijk vast zitten” – Oliver Roels
Vanwaar de keuze om zoveel beweging te verwerken in jullie producties?
Van Doorn: “Bij Ceremonia, waar ik vandaan kom, speelden we altijd heel expressief theater. De insteek was altijd fysiek, nooit psychologisch.”
Vanden Thoren: “Wij zeggen altijd dat wij ‘atleten van het hart’ zijn ...”
Roels: “Nee gast, dat is bij Compagnie Cecilia, focker! Vòòr ‘Chicks’ hebben wij veel stukken gemaakt die vertrokken uit een verhaal, en nu wilden we eens proberen om een stuk te maken dat niet gebaseerd was op tekst. Bij ‘Chicks’ wouden we het gewoon eens volledig omdraaien en beginnen we pas te praten op het moment dat we niet anders meer kunnen, wanneer we letterlijk vast zitten.”
Vanden Thoren: “Als je jezelf op voorhand een beperking oplegt,
geeft dat ook echt een boost aan je project, een soort afbakening waardoor je gerichter kan werken.”
Blessures op het podium
Jullie nieuwe voorstelling heet ‘We Might As Well Fail’. Falen hebben jullie alleszins niet gedaan met ‘Chicks’, want na een zeer succesvolle tournee enkele jaren geleden, was nu ook de dernièrereeks snel uitverkocht. Waaraan denken jullie dat het succes van die voorstelling te danken is?
De Schryver: “Dat is moeilijk te zeggen. Misschien omdat we iets gemaakt hebben dat de mensen niet van ons hadden verwacht.”
Van Doorn: “Mannen zeggen ons na de voorstelling heel vaak dat ze het fantastisch vinden hoe wij op scène gewoon alles doen wat zij ooit wilden doen, maar nooit gedaan hebben omdat ze niet durfden. Het triggert blijkbaar iets speels, een soort van oergevoel of zo.”
Roels: “De sleutel van ‘Chicks’ is, vind ik, dat we per scène één materiaal hebben gekozen dat mannelijkheid echt typeert en dat we daar dan iets helemaal anders mee gedaan hebben.”
De Schryver: “Hoewel de blauwdruk van ‘Chicks’ altijd dezelfde is, kan er ook nog altijd heel veel gebeuren binnen die scènes wat ofwel het ritme kapot kan maken, ofwel kan versterken. De invulling die je er de avond zelf als speler kan aan geven, is altijd nieuw en dat is iets wat je niet kan spelen of recreëren. Ik denk dat dat één van de grote troeven is, dat je ziet als kijker dat het niet afgesproken kan zijn.”
Er zitten inderdaad verrassende wendingen in het stuk. Jullie gaan vooral fysiek heel ver. Is dat nog nooit fout afgelopen?
Roels: “Jawel, ze hebben mij al bewusteloos geslagen. Echt.”
Van Doorn: “Verschillende dingen. Spierscheuren en zo, Arend heeft al eens in de plaaster gezeten: zijn vinger was gebroken.”
De Schryver: “Van alles wat er zou kunnen fout lopen tijdens die voorstelling, is er eigenlijk nog maar weinig effectief fout gelopen.”
Roels: “Gilles, ik lag daar wel hé!”
De Schryver: “Ah ja, Simons arm was ook eens uit de kom, tijdens een voorstelling! Ik vroeg hem nog of we moesten stoppen, maar hij wou absoluut verder spelen. Op adrenaline kan je veel aan.”
Van Doorn: “Met ‘Chicks’ zijn we al in theaters geweest waar er alleen maar dansvoorstellingen te zien zijn. Daar doen ze zulke dingen niet, dat is allemaal gecontroleerd, hoe spectaculair het er ook uitziet. Zij nemen geen risico. Wij smijten ons daar gewoon in en hebben zo’n kinderlijke ingesteldheid ‘dat het wel zal lukken’.”
“Op adrenaline kan je veel aan” – Gilles De Schryver
Dus niet elke stunt is ingestudeerd?
De Schryver: “Dat hangt echt van scène tot scène af. Als we echt in elkaars nek springen of zo, dan is dat wel afgesproken. Maar als het niet levensgevaarlijk is, proberen we het zo open mogelijk te houden.”
Roels: “Tot dat Arend eens op uw nek springt.”
De Schryver: “Alstublieft hé, je hebt nu je verhaal kunnen doen!” (lacht)
Roels: “Arend dacht dat ik megagoe aan het acteren was. Die was daar echt op aan het cheeren op dat moment. Toen was ik dus bewusteloos, maar twee minuten later deed ik wel al terug mee.”
In uwen blote op het podium
Jullie zeiden daarnet dat jullie elkaar blindelings vertrouwen.
Van Doorn: “Blindelings?” (lacht)
Dat lijkt ons wel nodig, want jullie gaan toch wel voorbij de comfortzone. Praten jullie daar dan eerst over vooraleer jullie naakt in elkaars gezicht gaan twerken?
Vanden Thoren: “Wanneer we improviseren hebben wij in de geslotenheid van het repetitielokaal heel weinig gêne tegenover elkaar. Zonder daar specifiek voor te gaan, eindigen we door de evolutie van improvisatie af en toe in onzen blote. We zijn daar niet beschaamd om, maar dan wordt dat plots wel materiaal en realiseer je je dat je daar effectief zo gaat moeten staan voor een tweehonderdkoppig publiek.”
“We eindigen af en toe in onzen blote” – Robrecht Vanden Thoren
Moet je er dan toch twee keer over nadenken?
Vanden Thoren: “Het moet waardevol genoeg zijn om dat te doen.”
Van Doorn: “We kennen elkaar ook al goed genoeg en we staan vier jaar verder sinds de eerste voorstelling. We willen consequent tot het uiterste gaan. Als er dus iemand zijn broek afdoet om in string te gaan staan, moet die gewoon all the way gaan. Anders werkt dat niet.”
De Schryver: “Wat wij altijd leuk vinden, is iets heel flauws nemen en dat zodanig tot het uiterste drijven, om te zien hoe ver je ermee kan gaan. Omdat dat in het echte leven niet kan.”
Omdat op het podium alles mag?
De Schryver: “Inderdaad.”
‘Chicks for money and nothing for free’ speelt op 2, 4 en 5 maart in de Kopergietery. Alle voorstellingen zijn helaas uitverkocht.