It's not vulgar, it's vulva!
Niemand schrikt meer op van blote vrouwen op tv, in reclames of porno. Voor velen komt de shock pas later, als ze oog in oog staan met een echte vulva. Over waarom deze schatkamertjes zo angstaanjagend zijn en wat kunst ertegen kan doen.
Wie graag eens een vagina bekijkt —louter om wetenschappelijke redenen natuurlijk, we schatten u hoog in— doet dat meestal in de beslotenheid van de slaapkamer of op de afdeling gynaecologie. En elke vrouw komt wel eens op dit punt in haar leven: je plaatst je been op de rand van de badkuip, haalt een make-upspiegeltje boven en probeert je een beeld te vormen van je [insert je favoriete eufemisme voor vagina]. Wat de reden voor deze actie ook mag wezen, hardnekkige jeuk of pure nieuwsgierigheid, laten we buiten beschouwing. Wat er wel toe doet, is dat dat roze, vlezige en rimpelige beeld dat je te zien krijgt in de verste verte niet lijkt op datgene wat de pornografie ons voorschrijft.
Onze moeder, die in de hemelen zijt
Maar wat verwachten vrouwen eigenlijk te zien? De meesten hebben er zelfs nog nooit over nagedacht: het vrouwelijke voortplantingssysteem wordt weliswaar uitgebreid besproken tijdens de gênantste momenten van het middelbaar – ook wel lessen seksuele opvoeding genoemd – maar over hoe dat er allemaal uitziet, wordt in alle talen gezwegen. Schematische tekeningen bieden weinig soelaas, en zelfs als je gezegend bent met een boek met prentjes, krijg je vaak een niet-representatief exemplaar te zien. In pornografie kunnen daarentegen wel vagina’s en vulva’s gespot worden. Eén soort vulva welteverstaan: een symmetrisch, licht-roos, schattig en nauwelijks merkbaar uitstekend stukje. De verstomming is dan ook heel groot wanneer je met dat beeld in gedachten tussen je eigen benen besluit te gluren en ziet dat je arme vulva absoluut niet aan de gangbare esthetiek beantwoordt. Koortsachtig probeer je online een exemplaar te vinden dat tenminste van ver op het jouwe lijkt, maar alle moeite is tevergeefs. Al kunnen fijnproevers ook in het museum aan hun trekken komen. Een overzicht voor wie daartegen bestand is.
Geheiligd zij uw foef
De bekendste foef in de kunst zal vermoedelijk die van Joanna Hiffernan zijn. Haar controversiële beeltenis, die de Franse schilder Gustave Courbet vereeuwigde onder de naam ‘L’origine du monde’, valt te bezichtigen in het Parijse Musée d’Orsay. Het onderaanzicht van een stel goedgebouwde vrouwenbillen die samenkomen in een zwarte pluk haar, bewijst dat de grens tussen kunst en provocatie nog steeds haarfijn is. Toen Deborah de Robertis in 2014 het Musée d’Orsay binnenwandelde en besloot Courbets versie bij te staan met een live-versie van haar even realistische harige flamoes, werd ze prompt de deur gewezen. Blijkbaar zijn we niet de ontwikkelde homo sapiens sapiens die we ons achten te zijn. Het lijkt meer en meer een evolutie te zijn die de verkeerde kant uitgaat, namelijk achterwaarts. Want des te meer vrouwen geobjectiveerd worden tot niks meer dan hun ‘lekkere’ lijven, des te meer er rond de vagina een taboe gecreëerd wordt.
Aan vrouwelijk naakt nochtans geen gebrek in het museum. Van Rubens’ matrones over lelieblanke Aphrodites tot de suggestieve schetsen van Egon Schiele, allemaal staan ze poedelnaakt te blinken. Grosso modo kunnen we drie strekkingen onderscheiden in de manier waarop vrouwen afgebeeld worden: als symbool voor vruchtbaarheid en het moederschap, als willoos esthetisch object en als onderwerp van seksueel verlangen. Maar hoeveel Venussen de Westerse kunst ook produceerde, de venusheuvel werd en wordt steevast stiefmoederlijk behandeld. (Misschien heeft dit te maken met de scheefgetrokken verhouding tussen het aantal mannelijke en vrouwelijke kunstenaars die geëxposeerd worden, maar dat is weer een ander verhaal.) Kunstenaars die wél expliciet een vagina in beeld brengen, worden gebrandmerkt met labels als ‘pervert’, ‘sensatiebelust’ en ‘zinloos choquerend’. Dat de vagina een vrij essentieel onderdeel is van de vrouwelijke anatomie, lijken de critici even te vergeten.
Dat de vagina een essentieel onderdeel is van de vrouwelijke anatomie, lijken critici even te vergeten.
Toegegeven, er zijn jammer genoeg meer dan voldoende voorbeelden te vinden van (veelal mannelijke) kunstenaars die al te gretig een foef afbeelden. De grens tussen kunst en pornografie aftasten, is nu eenmaal een efficiënte manier om de pers en het grote publiek te bereiken. Het credo ‘er bestaat geen slechte reclame’ geldt ook voor de kunstwereld. Kitschkoning Jeff Koons heeft dat als geen ander begrepen.
uw tijd kome, uw wil geschiede
Op een paar vooruitstrevende kunstenaars na —de bovengenoemde Schiele, maar ook de intieme portretten van prostituees door Henri de Toulouse-Lautrec of René Magrittes ‘Le Viol— was het wachten op de feministische golf van de jaren 60 en 70 vooraleer de vagina uit haar kuisheidsgordel bevrijd werd. Kunstenaressen zoals Carol Schneemann, Marina Abramovic en Kiki Smith behandelden in hun performances en beeldhouwwerken alle aspecten van het vrouw-zijn, inclusief die Bermudadriehoek down-under. Ze deden dat niet zozeer om te choqueren, wel om een politiek en feministisch statement te maken. Geen poesjes om zonder handschoenen aan te pakken.
Ondanks deze grandes dames blijft het vrouwelijke geslachtsorgaan een bron van schaamte. Dat er jongeheren bestaan in alle kleuren en maten wordt veel meer erkend dan de verscheidenheid aan vagina’s. Toch duiken er hier en daar beloftevolle initiatieven op. Zo is er Jamie McCartney’s ‘Great Wall of Vagina’, die zeker even impressionant is als zijn Chinese tegenhanger. Zoals de titel belooft, krijg je een muur vol vagina’s in alle mogelijke varianten. De bedoeling is om een tegengewicht te bieden voor de eenheidsworst die op het beeldscherm verschijnt en om vrouwen meer zelfvertrouwen te geven. Peter De Cupere, zelfverklaard geurartiest, maakte in 2014 een Mariabeeldje dat een vaginageur verspreidt. De geur is een ‘cocktail van verschillende vrouwen’. De Paris XL van de lagere regionen, zeg maar. De Cupere wil de aspecten van vrouwelijkheid en seksualiteit bovenhalen die doorgaans taboe blijven. “Passie is ruiken en genieten van de geur van je geliefde.” Taboedoorbrekend, dat zeker. Of het ook grote Kunst is, daarover zijn de meningen verdeeld.
Dat er jongeheren bestaan in alle kleuren en maten wordt veel meer erkend dan de verscheidenheid aan vagina’s.
geef ons heden ons dagelijks bloot
Net die dubbele moraal is de kern van het probleem. Naakt op het podium rondhuppelen, naakt poseren om veel te dure sacochen aan te smeren en naakt aan de muur hangen: het is vandaag vanzelfsprekend. Maar wee je gebeente als je een natuurlijke vagina in volle glorie durft af te beelden. Hel en verdoemenis, schaamte en schande zullen je deel zijn.
Meer zelfvertrouwen, dat is nodig. Het aantal schaamlippencorrecties in Amerika is in 2013 gestegen met 44 percent, en bij 68 percent van deze operaties spelen esthetische redenen mee. Dat terwijl al bewezen is dat het aantal operaties met 28 percent daalt als vrouwen informatie krijgen over de natuurlijke variatie bij vulva’s. Toch wordt deze informatie voorlopig maar aarzelend tentoongesteld in onze cultuur, en dat mag zeker veranderen. Geef ons dus maar meer kutkunst!