
Primeur: onderwijsevaluaties ingevuld
Oproepmails voor onderwijsevaluaties dienen genegeerd te worden. Jarenlang werkte dat systeem uitstekend. Tot onlangs het onmogelijke gebeurde: een aantal studenten vulde de evaluaties effectief in.
16 april 2016. Het leek een doodgewone dag te worden voor Dr. Vosch, professor aan de faculteit Psychologische en Pedagogische Wetenschappen en beheerder van de studentenevaluatie-app van de faculteit. Hij stond op, naar we vernomen een dagelijkse gewoonte, en checkte meteen zijn “zakelijke mails” (uitnodigingen tot autoritaire pseudo-intellectuele wauwelgelegenheden, niet van lichte erotische inmenging gespeende smeekbeden door studentes, pure insidernerdiness van collega’s en voorstellen tot penisverlengingen) Maar volgens zijn echtgenote kreeg hij toen een paniekaanval bij het lezen van de mail die alles zou veranderen: “CRITICAL ERROR: 30% THRESHOLD OF EDUCATIONAL EVALUATION REACHED”. Wat zou een gerenommeerd psycholoog daaruit kunnen opmaken? Dat de mythes over het huiveringwekkende concept ‘betrokkenheid van studenten’ dan toch geen fictie waren? Dat er misschien zelfs studenten bestonden die liever een kwartiertje schoolmails verwerken dan een halve dag Facebook te exploreren, wiskundig inzicht aan te scherpen in Candy Crush Saga of zich te verdiepen in de seksuologie door middel van expliciet online videomateriaal?
“Hij heeft het sindsdien op een zuipen gezet.”
Het antwoord
Volgens zijn echtgenote, tussen haakjes trouwens ook een gerenommeerd psychologe, heeft hij het sindsdien op een zuipen gezet. Maar in plaats van seksistisch te man-bashen en naar haar psychologische verklaringen te luisteren, gaven deze kritische journalisten Vosch toch een kans en vroegen hem om een reactie, die we ook kregen: “Die evaluw-eh, whhaja t’es eh ma – eh wuk ja die (boert) stu-studentnnn è ja z’èn die evaluwaammmhoehuhh”. Misschien had ze toch gelijk.
De psycho’s
We namen dan maar poolshoogte bij de studenten psychologie zelf. Blijkbaar is er een nieuwe visie op de evaluaties in opmars, namelijk dat ze “nuttig zijn”. Elise getuigt: “Ja zo kost ge echt eens laten zien dat ze ons echt wel iets bijleren hè. Bijvoorbeeld over die – eh – ja, dat fenomeen van die – ja, die theorieën daar allemaal met die … eh, ja die dinges van in die jaartallen en … ja en zo. Dat vond ik echt wel eh … (zoekt tiental seconden naar gepaste woord) ja.” Volgens Pieter Saelens waren ze dan weer handig om “mijn internetverbinding en browser en al te testen want ’t is hier altijd wat”. Anastasia Zdiraknova meldde dan weer dat “my Dutch not so good so I were not so sure what it were about – it was about sports, right? (vertwijfelde blik) No eh, about, school security or something? (Aarzeling in stem) No eh, about eh rating teacher, eh teacher sex? No eh I didn’t say eh, I didn’t, never mind.” Tenslotte beschouwde Natasha Buyle ze als een ideale kans om “eindelijk eens die klootzakken goed te beledigen IN HUNNE FACE! Mij buizen op alles, he? Hier zie, motherfuckers!” Er bloeit dus wel degelijk iets moois uit de studentenevaluaties.