Toverpoort
We schrijven anno 2016, Gent. Heel wat studenten zakken ‘s avonds af naar een duister oord waar verderf, marginaliteit en decadentie welig tieren: de Overpoort. Velen verkiezen echter cafés buiten de Overpoort, waar het ook aangenaam vertoeven is. De Defoo, waar Dries al veertien jaar de dorstigen laaft, is er zo eentje.

Wat voor publiek trekt de Defoo zoal aan?
“Ik heb er bewust voor gekozen om niet samen te werken met een of andere studentenvereniging. We willen namelijk een zo breed mogelijk publiek aantrekken. Soms organiseren we ook optredens: zo is enkele jaren geleden Preuteleute komen optreden. En we organiseren ook al jarenlang een skireis tijdens de krokusvakantie, waarop bij de laatste editie maar liefst 120 man op meeging.
Ik doe trouwens niet mee aan het dansgedoe van in de Overpoort. De mensen komen hier om op hun gemak met hun vrienden een (streek)biertje te drinken en te babbelen.”
Vertel eens, wat komt een mens zoal tegen tijdens veertien jaar café houden?
“Ooit heb ik m’n café eens wat vroeger moeten sluiten. Rond een uur of drie ‘s ochtends had een meisje zich in bedenkelijke toestand opgesloten op de wc. Wellicht door een combinatie van iets te veel drank en het feit dat ze ook ziekjes was, had ze heel wat ‘ontlastingswerk’. Allemaal goed en wel, tot ze van de wc sukkelde en op de grond verder deed. Toen ze na een tijdje ook nog moest overgeven was het hek helemaal van de dam. Temeer omdat haar ontlasting van een nogal vloeibare aard was. Na een tijdje kregen we door wat er gaande was, aangezien die smeerboel van onder de deuren van de toiletten tot hier (wijst een afstand van ongeveer 10 meter tot aan de bar aan, red.) aan het lopen was. Daar hebben we wel wat opkuiswerk aan gehad (lacht)”.
“Of die keer in de vroege uurtjes dat een kerel dacht dat hij al thuis was in plaats van op café. Hij kleedde zich uit tot op z’n onderbroek, legde zijn kleren netjes in een stapeltje en ging nog vlug eventjes plassen, zoals hij waarschijnlijk altijd doet voor hij gaat slapen. Maar kennelijk vond hij zijn bed niet, dus besloot hij maar op één van de tafels hier te gaan liggen.”