On the origin of de Koninklijke Opera
Hoewel er zo vroeg in het academiejaar al behoorlijk wat drama is gepasseerd tijdens foute nachtjes in de Overpoort, moet je voor the real stuff toch wat meer in het stadscentrum zijn. Of als u helemaal niet houdt van dramatische toestanden en gewoon een saai stuk tekst over de geschiedenis van een gebouw wenst, ook goed.
Het was de Sint-Sebastiaansgilde die halfweg de zeventiende eeuw in een van haar zalen een theaterhuis stichtte, maar pas in 1698 werd de eerste stadsschouwburg gebouwd op de plaats waar nu de Koninklijke Opera is. In 1715 woedde er een brand en schonk de stad de grond aan de gilde, die er een nieuw gildehuis en schouwburg liet zetten. De gilde kreeg het monopolie over schouwburgen, dramatische en muzikale opvoeringen in de stad. Toen op het einde van de achttiende eeuw meer en meer gilden opgedoekt werden, en het gildehuis en de schouwburg opnieuw in handen van de stad vielen, vond men er niks beters op dan de boel te slopen.
C’est pour la petite bourgeoisie
Iets later verscheen een nieuw theater in wat nu de Schouwburgstraat heet. En dat architect Roelandt een sloeber was. Zijn manier van groots uitpakken was namelijk de gevel aan de overkant zo sober mogelijk maken. Ook het post- en telegraafkantoor en het vredegerecht naast het theater werden volledig ondergeschikt aan het theatergebouw. Het gebouw moest de rijkdom van het betere volk symboliseren, dus werd er met flappen geld gesmeten. Ook het interieur moest uiteraard overdreven stijlvol worden, en daarvoor vond men inspiratie bij de Italiaanse renaissance en barok. De grote zaal is omgeven door kleurrijke schilderwerken, bladgoud en kunstige pleisterwerken. Andere zalen in het gebouw zijn kleiner, maar moeten zeker niet inboeten wat weelderigheid betreft. Ze stonden dan ook symbool voor de negentiende-eeuwse Gentse bourgeoisie, voor wie het Grand Théâtre was wat de Vlasmarkt voor u is.
.... qui boît du champagne
Het theater was the place to be voor opera, ballet en nog meer dolle pret. Behalve voor het plebs dan. De zalen werden regelmatig gebruikt voor banketten en bals. En met bals bedoelen we niet het soort waarbij studenten een fancy stukje kledij aantrekken om dan zich toch canard over te geven aan elektronische beats. Fancy schmancy, dat waren die vroegere bals. De vulgairste vertoning van de avond was wanneer een of andere Elisabeth haar enkel liet zien. Fucking Elisabeth. Eind twintigste eeuw werd de opera gerestaureerd, nu is hij helemaal van jou. Als je genoeg geld hebt voor tickets ten minste. Of je trekt je favoriete toeristenoutfitje aan en gaat gewoon voor een cheapass rondleiding. Of ook niet.
Nieuwe reactie inzenden